Woningcorporatie Arcade heeft tot nu toe in de coronapandemie van 80 huurders een verzoek gekregen voor uitstel van de huur dan wel van een betalingsregeling. Dat betekent, aldus een woordvoerster, dat 1 procent van het totale bestand van alle huurders in Den Haag en het Westland bij de corporatie heeft aangeklopt.
Van die 80 huurders zijn er uiteindelijk 10 overgebleven die konden aantonen dat zij daadwerkelijk een inkomensdaling hadden als gevolg van de crisis.
Wat betreft de jaarlijkse huurverhoging per 1 juli, waar corporaties mochten kiezen voor de inflatie van 2,6 procent plus een opslag van maximaal 1 procent, kregen de bewoners van huizen van Arcade 'slechts' een toename van gemiddeld 2,2 procent voor hun rekening. Dat was voor meerdere huurders toch nog aanleiding bij Arcade te vragen voor een verlaging of bevriezing van de huur, zoals in het Sociaal Huurakkoord is opgenomen. Van die groep bleken er volgens de woordvoerster 30 huurders aan de voorwaarden te voldoen waarop besloten is hun huur te verlagen.
In Den Haag bezit Arcade circa 2.000 woningen, onder meer het dinsdag 'geopende' complex De Schoone Ley met 48 sociale huurappartementen. De gemiddelde huurprijs van die paar duizend woningen bedraagt 583,40 euro, wat een gemiddelde huurverhoging van net geen 13 euro betekende.
Mocht Arcade hebben afgezien van een huurverhoging tijdens de pandemie, zoals politieke partijen hebben gevraagd aan/geëist van minister Ollongren van BZK, dan zou dat voor corporatie een inkomstenderving hebben betekend van ruim 100.000 per maand.